login  Naam:   Wachtwoord: 
Registreer je!
 Tutorials

Tutorials > Java


Gegevens:
Geschreven door:
nemesiskoen
Moeilijkheidsgraad:
Normaal
Hits:
14083
Punten:
Aantal punten:
 (3.75)
Aantal stemmen:
8
Stem:
Niet ingelogd
Nota's:
 Lees de nota's (0)
 

Tutorial:

JAVA Deel 4 (Input en Output)

1. Inleiding
2. Output
3. Input

1. Inleiding
Deze tutorial handelt over Input en Output bij JAVA. Ouput heb ik al eens kort behandeld in de inleiding tutorial.
Ik ga hier een beetje dieper op ingaan en ook variabelen weergeven.
Input heb ik nog niet behandeld en hier zal ik dus uitgebreid op in gaan.

 top
2. Ouput

Om te beginnen: wat is output?
Wanneer je een programma maakt, of het nu C of JAVA is, je wilt altijd iets terugsturen naar de gebruiker.
Of het nu een klein welkomstzinnetje is of een hele hoop functies die tot de gebruiker ten dienste staan.
Dit word ouput genoemd.

Ik ga hier een simpel zinnetje weergeven.
import java.io.*;

public class output {

     
public static void main(String[] args) throws IOException {
        
   
            
System.out.println("Hallo daar!");
       
       
     }
     
}

Dit geeft:
Hallo daar!

Dit hebben we al eens gezien in de inleiding. Nu misschien iets interesanter: hoe geef ik een variabele weer.
Om te beginnen ga ik kort even uit leggen wat een variabele is.
Een variabele is een stukje van een programma dat gegevens onthoud (bv de leeftijd van de gebruiker).
Dit stukje geef je een bepaalde naam, en via deze naam kan je de variabele later in je programma terug oproepen en berekeningen mee maken.
Er zijn verschillende types variabelen: een int(eger) = geheel getal, float = komma getal, double = komma getal (ander type), String = een zin.
Er zijn nog andere types maar daar ga ik niet uitgebreid op in.

Ik ga een klein voorbeeldje geven van een berekening met 2 variabelen.
import java.io.*;

public class berekening {

     
public static void main(String[] args) throws IOException {
        
   
        
int getal1;
        
int getal2;
        
int som;
        
        
getal1 = 5;
        
getal2 = 10;
        
        
som = getal1 + getal2;
        
        
System.out.println("De som van "+ getal1 +" en "+ getal2 +" is "+ som);
       
       
     }
     
}

Zoals je ziet worden variabelen gescheiden van woorden door middel van het + teken.

 top
3. Input

Zoals je ziet is Output in JAVA helemaal niet zo ingewikkeld. Bij input is dit spijtig genoeg wel zo.
Voordat je begint zal je eerst ervoor moeten zorgen dat JAVA je toetsenbord als input mogelijkheid herkent.
Hierbij roep je een klasse aan die enkele methodes bevat.
readLine is een van die methodes. En dit is nu exact de methode die we nodig hebben.
Maar voordat we deze methode kunnen aanroepen moeten we eerst een object definiëren.
Dit is een klein stukje rare tekst die op het begin als iets heel raars op je af komt gestormd.
Kopiëer deze tekst dan ook altijd om stomme fouten te voorkomen.
De code is verklaarbaar maar dit is niet nodig.
import java.io.*;

public class input {

     
public static void main(String[] args) throws IOException {
     
        
BufferedReader toetsenbord = new BufferedReader(new InputStreamReader(System.in));

        
String invoertekst;

        
System.out.print("Geef een waarde in: ");
        
invoertekst = toetsenbord.readLine();

        
System.out.println("u hebt " + invoertekst + " ingegeven d.m.v. het toetsenbord");
        
    }
        
}

We importeren de io klasses die JAVA kent.
Vervolgens starten we onze hoofd klasse en beginnen met een methode hieraan toe te kennen.
De main methode.
throws IOException maakt input mogelijk.
Vervolgens gaan we het object aanmaken.
We noemen dit object toetsenbord.
BufferedReader is de naam van de klasse die we aanroepen.
Vervolgens komt er een stukje code die vertelt dat je gegevens wilt gaan invoeren.

Hierna declareren we de variabele invoertekst die van het type String is (input is altijd string, ook al type je een geheel getal.

invoertekst = toetsenbord.readLine();

Hiermee slaag je de waarde die word ingevoerd (en vervolgens op enter word gedrukt) op in de variabele invoertekst.
Vervolgens geven we een zinnetje weer.



Dit was het dan voor deze keer. Nu kan je bv. een simpel rekenmachientje maken met input (2 getallen laten ingeven en dan de som berekenen).
Veel succes!

Enkele toepassingen met JAVA zijn bv. JSP, meer info daarover: JSP Tutorials  top


« Vorige tutorial : JAVA Deel 3 (We gaan tekenen!) Volgende tutorial : JAVA Deel 5 (Exceptions basis) »

© 2002-2024 Sitemasters.be - Regels - Laadtijd: 0.011s